dinsdag 21 juni 2016

Een nieuw hoofdstuk


Maandag 20 juni

Een nieuw hoofdstuk. Zoals Thijs het vanmiddag noemde. Eigenlijk vond ik dat heel mooi gezegd. Het is geen nieuw begin, geen nieuwe start, maar we gaan door met het volgende hoofdstuk.

Laten we dan eerst even de laatste bladzijden van het vorige hoofdstuk afmaken.

Het waren heerlijke dagen op Westpunt, ondanks het naderende afscheid, ondanks alle dubbele gevoelens.

Donderdag had Thijs afscheid genomen op school. Hij kreeg een leuk boekje mee, waar alle kinderen wat in hadden geschreven. Juf had er in gezet: Afscheid nemen bestaat niet. Dat werd het motto van Thijs. Ook in de kerk hadden we dat als thema, vorige week. Het geeft aan dat er niet definitief iets afgesloten is. Nee, we houden een weg open.

Even goed is het hoopvol om een nieuwe start te maken op een nieuwe school. Hoewel we nog niet weten waar, is het wel een uitzicht op andere mogelijkheden, andere manieren van leren. Thijs vindt het spannend en uitdagend.


Thijs had nog een giftcard van de bioscoop. Heel graag wilde hij Finding Dory zien, die net 16 juni in premiere ging bij ons. Dat was een tikkeltje kort dag. Zo zijn we gezellig met elkaar, vrijdagavond, naar de Cinemas gegaan. Finding Dory, grappig, leuk om de onder-water-wereld in tekenfilm-vorm te zien. Daarna hebben we nog, voor de laatste keer, een ijsje gegeten in Riffort. Na de koude filmzaal is het heerlijk om buiten in de warme avond een ijsje te eten.


Toen kwam de zaterdag. Afscheid van de kring. We hebben gepraat, samen eten (nasi) gemaakt. Gezwommen met schildpadden, in het licht.



En gezwommen in het donker, met murenes... dat is dan natuurlijk niet helemaal de bedoeling. Jantine voelde iets langs haar been gaan en Arjan riep ‘au’. Ze verdachten eerst Thijs nog van grapjes, maar nee, die was de onschuld zelve. Boven gekomen zagen ze dat er twee bloedende puntjes in Arjans been zaten. Dat kon eigenlijk maar één ding betekenen. Op onze intuïtie hebben we er jodium op gedaan. Volgende dag nog even gecheckt bij Gerard de verpleegkundige. Juist. En zo lang er geen rode plek omheen komt hoef je je niet ongerust te maken. Dat doen we dan ook maar niet. Zondags had Arjan er ook al geen last meer van.

Zondags afscheid van de gemeente. In vijf jaar tijd bouw je natuurlijk wel wat op. Twee weken geleden, bij mijn laatste beamerbeurt, memoreerde ouderling Dirk het al. Het laatste jaar, toen ik er niet meer alleen voor stond, was het al een stuk makkelijker geworden. Dat maakt het nu ook makkelijker om het los te laten. Het beamen dan. Want de gemeente loslaten, dat is nog een ander verhaal.

Wat is er veel gebeurd in vijf jaar tijd. Wat hebben we ongelooflijk veel dominees voorbij zien komen, bijvoorbeeld. De één paste iets beter op Curaçao dan de ander. Maar zorg en meeleven waren bij allen te merken.

We hebben gemeenteleden zien gaan en zien komen. Bij het gaan heb ik vaak gedacht: Hoe zal het zijn als wij daar staan?

Nu was het dan zover.

Omdat er deze zomer, in twee maanden tijd, bijna veertig gemeenteleden vertrekken,  hadden we een brunch met elkaar. Nog even tijd om bij te praten en afscheid te nemen. En, uiteraard, de beroemde mok in ontvangst te nemen.

De dominee preekte over David en Jonathan, de twee vrienden, die ook afscheid moesten nemen. En zoals David en Jonathan met tranen afscheid van elkaar namen, zo was dat ook met ons. Het is goed om je thuis te voelen in een kerkelijke gemeente en je verbonden te voelen met elkaar. Maar dat zorgt er dan ook voor dat het afscheid pijn doet. Dat is moeilijk aan de ene kant, het voelt goed aan de andere kant. Ik weet zeker dat de verbondenheid blijft. Niet alleen doordat Ard en Arjan nog steeds deel uitmaken van de kerkgemeenschap, maar ook doordat we er vrienden hebben zoals David en Jonathan vrienden waren.

Het mooiste moment was toen alle mensen die níet vertrekken, voorin de kerk Nieuwe Liedboek 416 ons toezongen:

Ga met God en Hij zal bij je zijn.

Kippenvel, tranen, vreugde, een achtbaan aan emoties. Ik zal dit moment nooit meer vergeten. Gelukkig heeft Ellen er een filmpje van gemaakt.

’s Middags hebben we nog even gezwommen (voor de laatste keer met schildpadden) en tegen de avond zijn we naar Watamula gegaan. Ooit was ik er een keer geweest. Tegenwoordig wordt er voor gewaarschuwd, er wordt daar nogal eens ingebroken in auto’s en dat soort ongein. Daarom is het geen plaats waar ik gauw met gasten heen ga. Maar het is een bijzondere en mooie plaats: de overgang van Noordkust naar Zuidkust. Een groot gat in de rotsbodem, waar je het zeewater heen en weer ziet gaan, doordat de rotsbodem eigenlijk een soort grote brug is.

Her en der lagen er zoutplakkaten. Arjan en Thijs zochten handen vol zout. Ja, en wat moet je er dan mee? Nou, bijvoorbeeld naar je broer gooien. Die gooit vervolgens terug. Uiteindelijk mondt het uit in een soort sneeuwgevecht waarbij je sneeuw moet vervangen door zout... Als je wil weten hoe het voelt, vraag Thijs.



Vanmorgen, maandag, moest Arjan al om half acht op school zijn om zijn boeken in te leveren. Ard ging mee, die had nog andere dingen af te handelen. Ellen, Thijs en ik hebben de koffers ingepakt. Het was zaak om precies goed te zitten met de kilo’s. Zo heb ik nog wel wat dingen heen en weer geschoven, tot ik dacht dat het goed was.

Het gekke was dat het bij twee koffers precies klopte, en bij één niet: een paar honderd gram te veel. Kwam op 24,1 uit. De laatste koffer mocht geen 23 kilo wegen en die zat net op 23,0. Hulde aan de KLM. Ze kneep een oogje dicht en heeft het hele zaakje door laten gaan.

Het laatste afscheid was natuurlijk het moeilijkste. Ik zal er verder maar niet te veel van zeggen. Billy en Vanessa kwamen ook nog, op speciaal verzoek van Thijs... Wat fijn om zo uitgezwaaid te worden.

Douane kostte wel even tijd, maar leverde geen problemen op. Als laatste kwam de Immigratie. Nadat ze de tickets en paspoorten had bekeken, vroeg ze om de uitschrijvingsbewijzen van de kinderen. Wat was ik blij dat we dat nog geregeld hadden bij de Leerplicht. Alles werd gecontroleerd en in orde bevonden. We mochten door.


Dinsdag 21 juni

Na een vlotte vlucht zijn we vanmorgen geland op Schiphol. Het was kwart over zes dat we landden, maar dan duurt het nog tijden voor je eindelijk door de douane, de immigratie en de koffercontrole bent. Niet dat het controleren zo lang duurt, maar het is allemaal lange einden lopen.

Toen ik Ellen haar koffer van de band tilde viel er van alles uit. Einde verhaal, voor de koffer. Ellen en ik hebben hem samen op een karretje getild, andere koffer er bovenop. Nu zitten Ellen haar spullen in een weekendtas van Kees en Ingeborg.

Mijn zusje Ingeborg stond ons, met dochter Nienke, op te wachten. Ze waren er ruim op tijd geweest. Voor dag en dauw, dus.

In de auto viel Thijs al in slaap. Die heb ik al slapend op een bed gelegd, schoenen uitgetrokken en een deken over gedaan. Hij heeft minstens vier uur geslapen, toen kon hij er weer even tegen. Ellen en Thijs lopen de hele dag in hun dikke truien, maar ik heb het niet koud gehad (nog). Ondanks alle voorspellingen.

Nu zijn we bij mijn ouders in Leek. Ellen en Thijs slapen. Ik ga ook zometeen plat.

Een nieuw hoofdstuk kan beginnen.